Hier worden de doseergegevens vastgelegd bij een nieuwe INR waarde.

Doseer invoer

Ind.[Streefw.]Ant.

Hier staat aangegeven wat de indicatie is, wat de streefwaarde is en welk antistollingsmiddel de patiënt gebruikt.

Dosisgegevens

Hier wordt de nieuwe dosering van de patiënt ingevuld. Achter de dosisgegevens is te zien wat de nieuwe gemiddelde dosering is en wat het verschil is in percentage t.o.v. de vorige dosering

De dosisgegevens kunnen op verschillende manieren verwerkt worden in Trodis.

• = is handhaaf de reeds gegeven dosering.
• Getal is de gemiddelde dosering.
• getal SH of getal SL is de dosering wordt hoog of laag in het ritme gestart.
• ] is de dosering van de vorige controle wordt overgenomen en de dosering gaat verder in het ritme.
• ]SH of ]SL is de dosering van de vorige controle wordt overgenomen en wordt hoog of laag gestart.
• pillenritme voorbeeld: 222323. Het ritme wordt omgerekend naar het gemiddelde. Als de nieuwe dosering verhoogd is t.o.v. de vorige dosering dan zal het ritme hoog beginnen. Is de nieuwe dosering verlaagd t.o.v. de vorige dosering dan zal het ritme laag beginnen.
• L pillenritme voorbeeld: L222323, het ritme wordt letterlijk overgenomen.
• + getal is procentuele verhoging van de dosering t.o.v. de vorige dosering.
• + getal SH of + getal SL is procentuele verhoging van de dosering t.o.v. de vorige dosering waarbij de dosering hoog of laag wordt gestart.
  • getal is procentuele verlaging van de dosering t.o.v. de vorige dosering.
  • getal SH of - getal SL is procentuele verlaging van de dosering t.o.v. de vorige dosering waarbij de dosering hoog of laag wordt gestart.
• ritme/dosering voorbeeld: 000/2.14. Kan maximaal 14 dagen bedragen.
• dosering\ritme voorbeeld: 2.14\000. Kan maximaal 14 dagen bedragen en kalender heeft geen naloop dosering.
• Getal; is een dagindruk voor vandaag. Deze indruk wordt niet meegeteld in het gemiddelde van de dosering.
• Getal/ is een dagindruk voor morgen. Deze indruk wordt niet meegeteld in het gemiddelde van de dosering.
• S_stopredencode beëindigt de behandelperiode. Er wordt geen dosering en afspraak vastgelegd. De patiënt ontvangt een kalender met een opmerking dat de behandeling is gestopt.
• S beëindigt de behandelperiode indien er bij Beheer/Administratief/Algemeen een ‘Stopreden voor stoppen bij doseren’ is ingevuld. Als deze optie niet is ingevuld dan moet de behandelperiode handmatig beëindigd worden.
• B stap doseert de patient met de opgegeven stap van het Beinema-algoritme. De stap wordt omgerekend naar een gemiddelde dosering en bouwt het schema op volgens de methode van Trodis.

Afspraakgegevens

Hier wordt de nieuwe afspraak gemaakt. Achter de afspraakgegevens wordt de datum zichtbaar en de controle locatie. Om een nieuwe kalender te maken moeten de dosisgegevens en afspraakgegevens ingevuld zijn.

De afspraakgegevens kunnen op verschillende manieren verwerkt worden in Trodis.

• = is het voorgestelde afspraaktermijn wordt overgenomen.
• ] is het afspraaktermijn van de vorige controle wordt overgenomen.
• Getal of getal D is het afspraaktermijn wordt in aantal dagen gehanteerd.
• Getal w is het afspraaktermijn wordt in aantal weken gehanteerd.
• Datum 
• Datum 1 datum 2 is eerste datum wordt de echte afspraak gemaakt. Op datum 2 krijgt de patiënt door dat er elders gecontroleerd moet worden, b.v. met een controle tijdens een vakantie.
• S getal of S datum stopt de behandelperiode over het opgegeven aantal dagen of op de opgegeven datum. De behandelperiode stopt met de in de algemene administratieve instellingen ingestelde stopreden (instelling Stopreden voor stoppen bij doseren). De patiënt ontvangt een een kalender met het opgegeven schema en de opgegeven stopreden.

Er kunnen verschillende toevoegingen geplaatst worden achter de ingegeven afspraakgegevens.

• / code controle locatie is er wordt op de opgegeven controleplaats een afspraak gemaakt.
• ; is de kalender loopt tot en met de betreffende datum en er wordt geen nieuwe controle afspraak gemaakt. B.v. doordat de geplande behandelduur is bereikt.
• ! is de datum wordt altijd geaccepteerd, ondanks of de datum gesloten is of niet.

Opmerkingen

Tijdens het doseren kan er een opmerking ingevoerd worden waardoor er niet gewisseld hoeft te worden tussen de tabbladen. Er kan gekozen worden voor een gecodeerde opmerking of een vrije tekst opmerking. De vrije tekst opmerkingen worden vastgelegd door middel van de letters B (bellijst), K (kalender), A (administratief) of P (patiënt). In het lege veld kan de vrije tekst geplaatst worden.

Geblokkeerd/ Coupeer- INR

Blokkeren kan gekozen worden als de medewerker het doseervoorstel nog niet definitief wilt maken. De geblokkeerde patiënten kunnen opgevraagd worden via doseren.

Coupeer- INR kan gekozen worden als een patiënt een ingreep ondergaat en de antistollingsbehandeling tijdelijk moet stoppen. Deze INR telt niet mee in het jaarverslag van de FNT.

Doseervak

Wanneer een medewerker het doseervoorstel van een patiënt nog niet definitief wilt maken, kan deze in een doseervak geplaats worden. Bijvoorbeeld als de dosering nog nagekeken moet worden door een arts (doseervak arts). De patiënten in een doseervak kunnen opgevraagd worden via doseren.

Er kunnen nieuwe doseervakken toegevoegd worden bij Beheer/Medische Instellingen/Doseervakken.

Afsluiten behandeling

Indien de patiënt een tijdelijke behandeling heeft wordt hier aangegeven:

• Datum vanaf wanneer een stopbrief wordt verstuurd (in Behandelperiode tabblad is ‘Gewenste stopdatum’ ingevuld en ‘Stopbrief noodzakelijk’ aangevinkt).
• Datum wanneer er een stopbrief is verzonden.
• Datum wanneer de geplande afloopdatum is (in Behandelperiode tabblad is ‘Gewenste stopdatum’ ingevuld).
• Datum wanneer de behandeling zal stoppen (in Behandelperiode tabblad is ‘Stopdatum’ in de toekomst ingevuld).
• Datum wanneer de behandeling is gestopt (in Behandelperiode tabblad is ‘Stopdatum’ in het verleden ingevuld).